Verpleegkundige Anja Theunisse doet voor haar opleiding tot HBO-verpleegkundige onderzoek naar het gebruik van de VRelax bij de psychiatrie- en verslaving, afdeling Johannesbos Detox.
Virtual Reality (VR) bij psychiatrie- en verslavingszorg. Een perfect onderwerp voor haar afstudeeronderzoek én minor ‘duurzaam inzetten van zorgtechnologie’, vond verpleegkundige Anja Granneman. Ze richtte een werkgroep Virtual Reality op met collega’s en schakelde de afdeling Innovatie van GGz Centraal in. En nu, nog geen half jaar later, zijn er op de Detox-afdeling in Ermelo meerdere VR-brillen in omloop.
Meerdere manieren om VR te gebruiken
Toen Anja en haar werkgroep zich verdiepten in VR, keken ze vooral naar het verbeteren van terugvalpreventie in de behandeling. Al snel kwamen ze uit op Virtual Reality therapie (CleVR), waarmee cliënten in een virtuele, veilige wereld oefenen met exposure. Die toepassing van VR wordt al door meerdere afdelingen van GGz Centraal gebruikt.
‘En, zoals dat gaat wanneer je ergens enthousiast over bent, gingen er daarna ook balletjes rollen. In haar zoektocht kwam ze de VRelax tegen, een toepassing van VR tegen stress en angst of als afleiding voor lichamelijk ongemak. Als je de VRelax op zet, kom je via een simpel keuzemenu terecht in de natuur. Even in een compleet andere wereld, tussen het koraal, in een bos of op een veld met langslopende olifanten. Met rustgevende geluiden en soms kleine taken, zodat je niet alsnog in gedachten verzonken raakt.
Omdat er zo’n duidelijke relatie bestaat tussen afkicken, craving en spanning, dacht ik direct dat de VRelax weleens interessant zou kunnen zijn voor op de detox-afdeling. Ik kreeg groen licht om 2 VRelax-brillen aan te schaffen voor de detox-afdeling en die gebruik ik nu voor mijn onderzoeken.’
De invloed van VRelax op ontwenningsverschijnselen
‘In mijn eerste onderzoek kijk ik naar de invloed van de VRelax op ontwenningsverschijnselen. Bij de opname moeten cliënten stoppen met het gebruik van hun verslaving, waardoor ze ontwenningsklachten kunnen krijgen. Een zwaar proces, dat ook fysieke complicaties met zich mee kan brengen. Dat willen we natuurlijk humaan laten verlopen en daarom wordt er vaak medicatie voorgeschreven. De dosering wordt bepaald aan de hand van vragenlijsten (CIWA-ar en SOS), waarmee we de ontwenningsverschijnselen uitvragen.
Voor mijn onderzoek vraag ik of de cliënt gebruik wil maken van de VRelax, om te proberen of de ontwenningsklachten verminderen door de ontspanning. Vervolgens neem ik opnieuw de vragenlijst af, om de resultaten te meten. Die zijn echt opvallend positief! In de vragenlijsten geven cliënten aan minder last te hebben van ontwenningsklachten. De hoge bloeddruk daalt en we zien zelfs dat cliënten aangeven geen of minder medicatie tegen de ontwenningsklachten te willen gebruiken.’
VRelax in preventie
De totale Detox behandeling duurt 4 weken, waarbij na de ontwenningsfase aandacht wordt besteed aan terugvalpreventie. Belangrijk daarbij is dat patiënten inzicht krijgen in risicosignalen en welke interventies ze kunnen inzetten.
‘De triggers en stressoren die craving veroorzaken zijn natuurlijk vooral in het echte leven volop aanwezig. Maar ook op de afdeling én door de exposure met VR worden cliënten geconfronteerd met situaties die craving kunnen triggeren. Craving geeft een onrustig gevoel en andersom zorgt spanning ook voor craving. Misschien kan de VRelax ook deze ongemakken verminderen, bedacht ik. In een tweede onderzoek kijk ik naar de toepassing van de VRelax als interventie. Ook dan zie je weer interessante dingen gebeuren. Cliënten voelen zich meer ontspannen én merken dat de trek minder wordt. Het mooie is ook dat door de VRelax de stap naar ontspanning minder groot wordt. Mindfullness en ademhalingsoefeningen zijn technieken waar oefening voor nodig is, de VRelax zet je zo op.
Het is dus belangrijk voor cliënten om die triggers te herkennen én om te leren ontspannen, om zo die stressniveaus weer naar beneden te brengen. Op de afdeling besteden we daar altijd al veel aandacht aan en de VRelax is daar een goede aanvulling op. Het is eigenlijk hopen dat cliënten in de toekomst ook thuis een VR-bril tot hun beschikking hebben.’
VRelax in de ggz: voorzichtige resultaten
Op de vraag of ze voorzichtige resultaten kan geven over haar bevindingen is Anja duidelijk. ‘Mijn onderzoeken zijn niet wetenschappelijk en kleinschalig, en of de VRelax passend is verschilt per cliënt. Maar ik durf wel te concluderen dat VRelax echt een groot verschil kan maken voor deze doelgroep. Wat de effecten zijn op langere termijn weet ik niet, maar feit is dat veel cliënten zich op korte termijn beter voelen met de VRelax. En dat is in een moeilijke detoxificatie- en behandelperiode natuurlijk al heel mooi meegenomen. En voor ons team is het natuurlijk ook niet vervelend,’ lacht Anja. ‘Na een drukke dienst zet ik de VR-bril soms zelf ook even op. Even ontspannen in een bos of met dolfijnen zwemmen voordat ik naar huis ga.’