Op 4 september 2013 promoveerde Drs. Y. Roke aan Maastricht University (MU) op haar proefschriftt: ‘Antipsychotic-induced hyperprolactinemia in children and adolescents with mainly autism spectrum disorders: prevalence, symptoms, clinical consequences and genetic risk factors’.
Het onderzoek richtte zich op de werking van antipsychotica bij jongens, gemiddeld 14 jaar, met een autisme spectrumstoornis en/of gedragsstoornis. Bij de helft van de behandelde jongens bleek het zwangerschapshormoon (prolactine) te stijgen tijdens antipsychotica gebruik, wat ernstige gevolgen kan hebben.
Prolactine is het zwangerschapshormoon en wordt geproduceerd door een hormoonklier in de hersenen. De signaalstof dopamine remt de afgifte van het hormoon prolactine in de hersenen. Antipsychotica blokkeren echter de dopamine in de hersenen, waardoor de dopamineconcentraties verlagen en de rem op het hormoon prolactine wegvalt. Door het wegvallen van deze remming komt er teveel prolactine in de bloedbaan in het lichaam, met noemt dit hyperprolactinemie. Het teveel aan prolactine kan leiden tot borstvorming, tepelvloed, seksuele functiestoornissen, en verlaging van de geslachtshormonen (bijvoorbeeld testosteron). Als gevolg van de verlaging van de geslachtshormonen is het mogelijk dat de puberteit vertraagt en de botsterkte vermindert.
In haar promotieonderzoek deed Yvette een (cross-sectionele) studie bij 65 jongens. De jongens hadden een gemiddelde leeftijd van 14.5 jaar, een autisme spectrumstoornis, en gebruikte meer dan 16 maanden het antipsychoticum Risperidon. Deze groep werd vergeleken met een controlegroep, bestaande uit 47 gematchte jongens die geen antipsychotica gebruikte. De vergelijking laat zien dat bij 50% van de jongens die Risperidon gebruiken een antipsychotica geïnduceerde hyperprolactinemie optreedt. Van deze groep heeft 14% een seksuele functiestoornis.
Yvette publiceerde in diverse wetenschappelijke artikelen, waaronder in het Journal of Child and Adolescent Psychopharmacology en Hormone research in peadiatrics. Daarnaast werd haar onderzoek ook opgepakt in online media.
Daarnaast heeft deze groep een verlaagd testosteronniveau en verminderde botdichtheid van de wervelkolom, ten opzichte van de gematchte controlegroep. Het onderzoek van Yvette toont aan dat het belangrijk is om kinderen en jongeren die potentieel prolactine verhogende antipsychotica gaan gebruiken of reeds gebruiken goed te controleren op een stijging van prolactine. Als er sprake is van antipsychoticum geïnduceerde hyperprolactinemie dan moet deze behandeld worden door bijvoorbeeld het antipsychoticum te verminderen, stoppen of over te gaan op een antipsychoticum dat het hormoon prolactine niet verhoogt. Longitudinaal follow-up onderzoek is nodig om de huidige onderzoeksuitslagen te bevestigen of verwerpen.
Prof. dr. P. N. van Harten (GGz Centraal Innova en MU) en Prof. dr. J. K. Buitelaar (Radboud Universiteit Nijmegen), waren de promotoren, co-promoter was Dr. A. Boot (Universitair Medisch Centrum Groningen).